Gasdetectie is het bepalen van een verschil of hoeveelheid van zuurstof, gassen en/of dampen in lucht wat buiten het ontoelaatbare is. Dit doen we met behulp van meetinstrumenten, deze zijn er in verschillende vormen en maten als ook in functies. De gassen en dampen kunnen zowel giftig als brandbaar zijn. Het meetinstrument dient de gebruiker vroegtijdig te waarschuwen voor dreigend gevaar zodat de gebruiker kan inspelen op de veranderende situatie.
Normaal behoort er 20,9 volume procenten zuurstof in lucht te zitten. Dit is nodig om als mens normaal te kunnen ademhalen. Indien er te veel zuurstof aanwezig is, zal dit andere materialen/brandstoffen sneller doen ontsteken. Ook zullen de meeste materialen sneller oxideren. Indien er een tekort aan zuurstof aanwezig is, zal dit voor de mens tot ademnood leiden en indien er weinig of geen zuurstof aanwezig is, zal dit tot de dood leiden.
Effecten bij de mens wanneer er sprake is van een minder zuurstofpercentage:
> | 19,5% | Nodig om normaal te ademen. |
> | 14 – 19,5% | Dreigend gevaar, zoek direct een veilig heenkomen. |
> | 12 – 14% | Diepere ademhaling, verhoogde pols en slechte coördinatie. |
> | 10 – 12% | Ademhaling sneller en ondiep, duizelig, desoriëntatie en blauwe lippen. |
> | 8 – 10% | Misselijkheid, overgeven, bewusteloos en lijkwit gezicht. |
Brandbare gassen en dampen
Deze gassen en dampen zijn normaal niet of niet in grote hoeveelheden in de omgevingslucht.
Brandbare gassen zijn bijv. acetyleen, butaan, LPG, methaan en waterstof. Aardgas bestaat voor ongeveer 81% uit methaan.
Brandbare dampen zijn o.a. die van aceton, benzine, dieselolie, petroleum, stookolie en terpentijn.
Giftige gassen en dampen
Deze gassen en dampen behoren normaal ook niet of in grote hoeveelheden in de omgevingslucht te zitten.
Giftige gassen zijn o.a. koolmonoxide, stikstofdioxide en zwavelwaterstof.
Giftige dampen zijn bijv. die van ammoniak, chloor en styreen.